Meekijken met

de microbiologen

17 september 2020

Microbiologen Aldert Bart en Wendelien Dorigo werken in het laboratorium van Tergooi.
Microbiologen Aldert Bart en Wendelien Dorigo (foto Studio Kastermans/ Danielle van Coevorden)

Dit gebeurt er met de wattenstokjes uit de coronateststraat. Meekijken met de microbiologen in het laboratorium van Tergooi

In het laboratorium van Tergooi worden dagelijks alle coronatesten die de GGD Gooi en Vechtstreek in de teststraat in Bussum afneemt geanalyseerd. Een secuur en bewerkelijk proces dat tijd kost. De testcapaciteit van het laboratorium van Tergooi zit op dit moment aan haar grens.

 

Met het pipetje in haar rechterhand zuigt de laborante een klein beetje lichtroze vloeistof op uit het buisje dat ze behendig met duim en wijsvinger van haar linkerhand opendraait. Met diezelfde linkerhand opent ze een kleiner buisje. Vlak voordat ze de druppels overhevelt checkt ze of naam en nummer op de twee buisjes overeenkomen.Het is precisiewerk dat de laborante van ziekenhuis Tergooi in Hilversum aflevert. Honderden pipetjes en buisjes verwerkt ze in een dag. Ieder gevuld met twee wattenstokjes met materiaal uit neus en keel van mensen die corona-achtige klachten hebben. In het laboratorium van Tergooi worden dagelijks alle coronatesten die de GGD Gooi en Vechtstreek in de teststraat in Bussum afneemt geanalyseerd. Een secuur en bewerkelijk proces dat tijd kost. De testcapaciteit van het laboratorium van Tergooi zit op dit moment aan haar grens.

Arts microbioloog Wendelien Dorigo werkt inmiddels zeventien jaar in het CBSL, het Centraal Bacterieel Serologisch Laboratorium, van het Hilversumse ziekenhuis. Samen met collega Aldert Bart, medisch moleculair microbioloog van Tergooi, neemt ze uitgebreid de tijd om te laten zien hoe dat testen gaat. Van binnenkomst van de buisjes vier keer per dag per koerier tot de einduitslag. Daar zit ongeveer 24 uur tussen. “We leggen geen materiaal op een glazen plaatje onder de microscoop om te zien of iemand besmet is.” Dorigo lacht vrolijk om het stereotype beeld dat de verslaggeefster heeft van testen analyseren. “Corona is geen bacterie, het is een virus. Dat is niet met het oog te zien.”

Broedmachine

Hoe het testen dan wel gaat is een ingewikkeld proces met een aantal momenten waarop de vloeistof, medium is de medische term, met daarin menselijk materiaal overgeheveld wordt in steeds kleinere buisjes. De microbiologen van Tergooi laten zien hoe uiteindelijk de vloeistof van 96 geteste personen tegelijk in een soort broedmachine belandt waar magnetische bolletjes rondzweven die het RNA, de genetische code van het virus, isoleert uit de vloeistof waar ook huidcellen, snot, slijm en eiwitten van de testpersonen in zitten.

“Voordat we dat RNA eruit halen, maken we het eventuele aanwezige virus hartstikke dood met vloeistof”, legt Bart uit. “Als we het RNA geïsoleerd hebben, pakken we er een klein beetje van en vermenigvuldigen het. De computer geeft een signaal als het RNA vermeerdert. Dan weten we dus dat iemand positief is”, legt Bart uit. “Het is een supergoede en gevoelige test waarmee we de aanwezigheid van een heel klein beetje van het virus al kunnen aantonen”, vult Dorigo aan.

Kamertemperatuur

In het lab gaat het ’gewone’ diagnostische werk dat de laboranten dagelijks doen voor (huis)artsen, denk aan urinekweken en andere speurtochten naar infecties, ondertussen ook door. In de grote ruimte op kamertemperatuur vullen laboranten glazen petrischaaltjes met gekleurde vloeistof. Geconcentreerd kijkt een laborante in een microscoop. Aan de muur hangt een reminder: ’Denk aan de mazelen monsters’.

Bij het reguliere onderzoek is in een paar maanden tijd een bulk aan coronatesten gekomen. Wendelien Dorigo rekent voor. “We doen nu 600 coronatesten per dag. Daar zitten zo’n 525 testen van de GGD bij. De rest zijn testen voor huisartsen en verpleeghuizen uit de regio of voor het ziekenhuis zelf. Met hulp van het RIVM zijn deze testen in maart dit jaar opgezet, speciaal voor het coronavirus. De code van het coronavirus is via de WHO uit China gekomen.”

Onzichtbaar werk

Het laboratoriumteam is voor de coronatesten met drie collega’s uitgebreid en telt nu veertig medewerkers. “We werken inmiddels zeven dagen per week door. Draaien ook weekeinddiensten nu. De avonden en nachten werken we niet. Het moet wel vol te houden blijven”, zegt Dorigo. Haar collega Bart werkt sinds juni in Tergooi. “Het aantal testen dat we doen is in die tijd al verdubbeld. We werken al maanden op topcapaciteit. Als we het ene probleem getackeld hebben komt het volgende er weer aan. De teststraat is van twee naar drie banen gegaan, nu wil de minister dat hele verpleeghuizen getest worden bij een besmetting. Het is een enerverende, misschien zelfs wel leuke tijd voor ons. Er is ineens aandacht voor ons vak van diagnostiek.”

Het laboratorium van Tergooi bevindt zich op de begane grond. Het is een van de grotere afdelingen van het ziekenhuis. De mensen en het werk dat er gedaan wordt zijn voor patiënten en zelfs collega’s vrijwel onzichtbaar. “Ik spreek nooit patiënten, weet wel alles van DNA en infecties”, grijnst Bart. Dorigo is de schakel tussen laboratorium en behandelaars. Zij adviseert artsen over testen en behandeling van infectieziekten.

Verboden toegang

Bart opent een van de deuren in de lange gang. In de ruimte staan stellages tot aan het plafond vol dozen, zakken en kunststof bakjes. “Dit is het magazijn. Ligt helemaal vol met testmateriaal. Dit is misschien voldoende voor drie weken. Sommige spullen zijn moeilijk leverbaar maar er is een landelijke verdeelsleutel voor het materiaal gemaakt. Ziekenhuizen moeten van het ministerie eigenlijk voor drie maanden op voorraad in huis hebben. Dat lukt nu nog niet door gebrek aan spullen. Als het materiaal er straks wel is zullen we ergens anders in het ziekenhuis ruimte moeten vinden. Onze afdeling zit vol.”

Achterin de gang, het verst verwijderd van de overige testruimtes, stoppen Bart en Dorigo bij een deur waar in grote letters ’Ruimte 3, verboden toegang’ op staat. “Dit is de ruimte waar we het RNA van het coronavirus vermeerderen. Hier kunnen we nu absoluut niet naar binnen. Je wil niet dat het vermeerderde RNA per ongeluk in de andere ruimtes van het lab terecht komt. Dan mengt het zich misschien met de testen en krijgen mensen die negatief zijn een fout-positieve uitslag”, zeg Bart.

Saudi-Arabië

Personeel dat in Ruimte 3 gewerkt heeft gaat niet meer naar de andere testkamers. Bart: “Ik heb in 2012 in een laboratorium in Saudi-Arabië meegemaakt dat een glazen buisje kapot was gevallen. Er werden daar MERS-virustesten (kamelencoronavirus, red.) gedaan. De testruimte zat direct naast het toilet en je kon het spoor zo volgen. Vanuit het toilet is het door het hele lab verspreid. Mijn advies was, bouw een compleet nieuw lab. Dat is ook gebeurd.”

Van de honderden coronatesten die elke dag in het lab van Tergooi geanalyseerd worden, blijken er maar een handvol positief. Is de testuitslag honderd procent betrouwbaar? “Als een hele run van 96 buisjes negatief is vraag je je wel even af ’hé, zal het wel kloppen?’ Daarom voegen we een bewezen positieve en een negatieve test toe. Als die er dan niet uitkomen, weten we dat er iets mis is”, zegt Dorigo. “Een pipetpuntje in de machine kan verstopt zijn of de magnetische bolletjes zijn op. Het is check en dubbelcheck. We mogen geen fouten maken. Je wil niet dat iemand voor nop in quarantaine gaat.”

Tergooi werkt aan sneller testen

Het analyseren van de coronatesten in het laboratorium van Tergooi bestaat voor een groot deel uit tijdrovend handwerk. Zoals het bestickeren van de verschillende buisjes met de naam van de geteste persoon. Het persoonlijk checken en dubbelchecken van de persoonlijke gegevens kost tijd. Over sneller werken wordt continu nagedacht zegt medisch moleculair microbioloog Aldert Bart van Tergooi. ,,We gaan het handmatig bestickeren van de buisjes automatiseren. Dat komt eraan. Er zijn ook robots die vloeistof uit meerdere buisjes tegelijk kunnen halen, maar die kunnen weer niet met onze buisjes met twee wattenstokjes erin overweg. Binnenkort stappen we daarom over op testen met een stokje, dat aan het dekseltje vast zit. Dan kunnen we de stap van vloeistof overhevelen overslaan.”

Een andere methode die Tergooi overweegt om efficiënter te testen is het invoeren van zogeheten pooltesten. Arts microbioloog Wendelien Dorigo legt uit: ,,Dan doe je materiaal van drie verschillende personen tegelijk in vloeistof. Test je negatief dan zijn ze allemaal gezond. Test je positief dan neem je ze alledrie afzonderlijk onder de loep. Zo kunnen we meters maken.”

Ook de ontwikkelingen rond de sneltesten die in een half uur uitslag kunnen geven, houdt Tergooi scherp in de gaten. “De gevoeligheid van deze testen is niet zo groot. Iemand die negatief test kan toch besmet blijken.”


Dit artikel verscheen op 16 september 2020 in de Gooi en Eemlander en is geschreven door Susanne van Velzen en is met toestemming gepubliceerd op de website van Tergooi.

Deel dit bericht:

E-mail nieuwsbrief