Klompvoeten

Klompvoeten

Klachten

Een klompvoetje is een afwijkende stand van de voet. Klompvoetjes zijn bijna altijd aangeboren en komt bij 1 op de 1000 baby’s voor. De klompvoet heeft drie componenten:

  1. de voet staat naar beneden gericht;
  2. de hiel is naar binnen gekanteld;
  3. de voorvoet wijst naar binnen en heeft daardoor de vorm van een komma.

Hoewel erfelijke factoren een rol kunnen spelen bij klompvoetjes is de exacte oorzaak onbekend. In sommige gevallen ontstaat een klompvoetje doordat een kind klem heeft gezeten in de baarmoeder.

Diagnose en behandeling

De behandeling van klompvoetjes moet zo snel mogelijk na de geboorte beginnen. Liefst binnen drie tot zes dagen na de geboorte omdat de voetjes dan nog makkelijk in de juiste stand te brengen zijn.

Tijdens de eerste drie maanden worden de voetjes geleidelijk met de hand zo ver mogelijk in de goede stand gebracht en vastgelegd in gips. Het gips wordt in de eerste levensweken zeer frequent gewisseld: aanvankelijk 1 keer per week bij soepele voetjes, tot 2 keer per week bij stugge voetjes. De orthopedisch chirurg corrigeert de voetjes steeds verder in de juiste stand.

Na ongeveer drie maanden worden er röntgenfoto’s gemaakt van de voetjes om te controleren of ze goed staan. Na de gipsbehandeling is de stand van de voetjes in 20 procent van de gevallen goed. Uw kind krijgt in dat geval speciale spalkjes en in een later stadium orthopedische schoentjes om een terugval in de oude positie te verhinderen. Deze schoentjes moet hij in de begintijd dag en nacht aanhouden.

In 80 procent van de gevallen staan de voetjes na het gipsen nog niet goed, en is een operatie noodzakelijk. Tot die tijd draagt uw kind spalkjes die regelmatig worden verwisseld. Meestal volstaat een kleine operatieve ingreep in de vorm van een verlenging van de achillespees. Na de operatie volgt weer enige weken gips, tot het kindje zelf zijn voetje omhoog en opzij kan draaien.

Nabehandeling

Nadat de klompvoetjes zijn gecorrigeerd, blijft uw kind onder controle tot hij ongeveer 14 jaar is. Op die leeftijd zijn de botten van de voet voldoende uitgegroeid.

Belangrijk u te realiseren:
Alle kinderen met klompvoeten houden hun klompvoet levenslang. De aandoening is niet te genezen. Het is de opzet van de behandeling een zo normaal mogelijke voet te maken die een zo normaal mogelijke functie heeft aan het einde van de behandeling. Het blijft echter altijd een voet die iets kleiner is dan normaal en het onderbeen blijft altijd wat dunner en mogelijk korter dan normaal. De meeste kinderen zullen zich, met de juiste behandeling, normaal ontwikkelen en normaal kunnen deelnemen aan sportactiviteiten.