Beenmergpunctie

Beenmergpunctie

Het doel van een beenmergpunctie is het verkrijgen van beenmerg. Dit beenmerg onderzoeken we microscopisch, klinisch chemisch of bacteriologisch of op alle drie de gebieden. We willen onderzoeken hoe uw beenmerg bloed aanmaakt.

Voorbereiding

• U hoeft voor een beenmergpunctie uit uw bekkenkam (cristapunctie) niet nuchter te zijn.
• Eventuele medicijnen kunt u in overleg met uw specialist stoppen.
• De cristapunctie doen we op een verpleegkamer. Familieleden of kennissen mogen bij de punctie zelf niet aanwezig zijn.

Onderzoek

Het onderzoek duurt ongeveer 15 minuten. U ligt tijdens het onderzoek op de linkerzij en krijgt tijdens het onderzoek een plaatselijke verdoving. De arts prikt in de bekkenkam. Daarna gaat de arts met de holle naald via de huid naar het bot. Dit voelt u wel, echt pijn doet het niet. Alleen als de arts het beenmerg uit het bot zuigt, voelt u kort een scherpe pijn. Dit duurt ongeveer vijf seconden. Na het beenmerg halen we ook een klein stukje botweefsel weg. Dit is hoogstens een raar gevoel. Daarna nemen we nog bloed af, zodat we uw bloed met uw beenmerg kunnen vergelijken. Na afloop van het onderzoek gaat u gewoon naar huis. Het beste is om dan rechtop te zitten, met het wondje tegen een stoelleuning. Zo gaat u een nabloeding tegen. We verwachten dat u geen napijn heeft, hooguit een beurs gevoel. Mocht u hier last van hebben, dan is een tablet paracetamol een goede pijnstilling.

Na het onderzoek

Na het onderzoek is het belangrijk dat u:

• eventuele medicatie die is gestopt voor het onderzoek, direct weer hervat;
• weet dat we de uitslag naar uw aanvragend specialist sturen;
• iemand meeneemt die u naar huis toe rijdt.

Uitslag

Bij uw volgende bezoek aan de polikliniek Interne Geneeskunde krijgt u de uitslag van het onderzoek te horen van uw behandelend arts. Bent u opgenomen in het ziekenhuis, dan krijgt u de uitslag van uw behandelend arts op de verpleegafdeling of de polikliniek. De uitslag is meestal na een week bekend. Op het laboratorium moeten we het weefsel namelijk eerst nog bewerken.