Blaaskatheter via de buikwand

Suprapubische katheter

Blaaskatheter via de buikwand

Als plassen niet of niet goed meer lukt, kunnen we een blaaskatheter plaatsen. Dat is een hol, buigzaam slangetje waarmee de blaas geleegd kan worden. We kunnen dit slangetje via de buikwand plaatsen. Dat noemen we een suprapubische katheter.

 

Een andere manier om de katheter te plaatsen, is via de plasbuis. Daarover leest u meer op de pagina Verblijfskatheter.

Voorbereiding

Om de katheter te kunnen plaatsen, moet uw blaas genoeg gevuld zijn. Als dit niet zo is, vullen we uw blaas eerst met een slangetje via de plasbuis. Soms is daar geen tijd voor en moeten we de katheter meteen plaatsen.

Behandeling

We plaatsen de blaaskatheter meestal op de polikliniek. Dat duurt ongeveer dertig minuten.

  1. De assistente scheert uw huid net boven het schaambeen, op de plek waar we de blaaskatheter door de buikwand gaan plaatsen.
  2. We desinfecteren de huid van de buikwand en dekken uw buik af met steriele doeken.
  3. De uroloog verdooft de huid plaatselijk.
  4. De uroloog brengt de blaaskatheter door de buikwand in de blaas. Hierbij drukt de uroloog stevig op uw buik. Dat kan niet zo fijn voelen.
  5. Aan het einde van de katheter zit een ballonnetje. Daardoor blijft die goed in de blaas zitten. Soms plaats de uroloog een hechting.
  6. Aan de katheter kunnen we een opvangzak vastmaken om de plas op te vangen.

Na de behandeling

Kleur plas

Uw plas is na het plaatsen van de katheter meestal rood-roze gekleurd. Dat komt omdat u bloed verliest uit het wondje in de blaas. De verkleuring wordt vaak na een paar dagen vanzelf minder. Het is belangrijk dat u genoeg drinkt: anderhalf tot twee liter per dag.

Verzorging katheter

Van de assistente krijgt u meestal een startpakket mee met verband en urine-opvangzakken. Hiermee kunt u de katheter en de plek waar die in uw buik gaat verzorgen. De assistente geeft u uitleg over hoe u om moet gaan met de katheter. En waar u qua hygiëne op moet letten.

Belangrijk om te doen

  • De eerste paar weken moet u de katheter tijdens de verzorging even een klein stukje ronddraaien en op en neer bewegen. Zo voorkomt u dat het slangetje vast komt te zitten.
  • De plek waar de katheter uw buik ingaat, moet u elke dag schoonmaken. Dat kan met lauwwarm water of onder de douche.
  • Zorg dat u genoeg drinkt: in ieder geval anderhalf tot twee liter per dag.

Katheter verwisselen

De katheter blijft maximaal zes weken zitten. Daarna moet die verwisseld worden. U krijgt daarvoor een afspraak mee.

Wanneer contact opnemen

Neem direct contact op als:

  • de katheter uit de blaas valt. Bel dan met de polikliniek Urologie, uw huisarts of de Huisartsenpost, T 0900 9359. Als we de katheter binnen vier uur kunnen terugplaatsten, is de kans groot dat we de blaas niet opnieuw hoeven aan te prikken.
  • de katheter verstopt raakt (bijvoorbeeld door bloedstolsels) en als u hoge koorts (meer dan 39 ºC) krijgt. Neem dan contact op met uw huisarts of de uroloog.

Contact