Urodynamisch onderzoek

Urodynamisch onderzoek

Voorbereiding

• Voor het onderzoek hoeft u zich niet op een speciale manier voor te bereiden.
• Bent u ongesteld als u het onderzoek krijgt? Dan kan het onderzoek gewoon doorgaan. U kunt alleen geen tampon inhouden bij het onderzoek.
• Laat het ons weten als u overgevoelig bent voor pleisters.

Onderzoek

Het onderzoek is op de polikliniek Urologie. Een verpleegkundige doet het onderzoek. Het onderzoek duurt ongeveer een half uur tot drie kwartier. Vlak voor het onderzoek vragen we u te gaan plassen. Zo is uw blaas tijdens het onderzoek zo leeg mogelijk. Ook vragen we u uw onderkleding en schoenen uit te trekken. Uw sokken kunt u aanhouden.

Alles aansluiten voor de meting

• U komt op de onderzoektafel liggen met opgetrokken knieën.
• De uitgang van de plasbuis maken we schoon met natte watjes. Bij mannen spuiten we een glijmiddel in de plasbuis dat licht verdovend werkt.
• Rond de anus scheren we eventueel wat haartjes weg. Aan beide kanten van de anus en op uw dijbeen krijgt u plakkers (elektroden). Hiermee kunnen we de spierspanning meten van de bekkenbodem.
• We brengen een dun slangetje (katheter) via de plasbuis in de blaas om de blaas helemaal leeg te maken. Het inbrengen van het slangetje doet geen pijn, maar kan niet zo fijn voelen.
• We halen het slangetje weer weg en brengen een ander dun slangetje in: een drukkatheter. Via dit slangetje vullen we tijdens het onderzoek de blaas met water en meten we de druk in de blaas.
• Via de anus brengen we een drukkatheter in de endeldarm. Daarmee kunnen we de druk in de buik meten.
• We plakken de slangetjes met pleisters op de huid vast. Zo blijven ze op de goede plaats zitten.
• De slangetjes en plakkers zitten aan een computer die alle gegevens meet.

Onderzoek blaas

• Via het slangetje in de blaas vullen we uw blaas langzaam met water. We vragen u ons te laten weten wanneer het voelt alsof u moet plassen. En wanneer de drang sterker wordt en het voelt alsof u het niet meer kunt ophouden.
• Tijdens het onderzoek vragen we u een paar keer te hoesten. We kunnen dan zien of u tijdens een hoestbui plas verliest. En hoe groot de druk in de blaas en plasbuis op dat moment is.
• Het is belangrijk dat u tijdens het onderzoek zo min mogelijk praat. Dat kan invloed hebben op de meting.
• Is de blaas helemaal gevuld en zou u normaal kunnen plassen? Dan kan de verpleegkundige u even alleen laten, zodat u dit ontspannen kunt doen. Onder de wc-stoel staat een bakje dat het water opvangt dat we hebben ingebracht.
• Als u heeft geplast, halen we de slangetjes en plakkers weg. U kunt zich daarna weer aankleden.

Na het onderzoek

• Na het onderzoek kunt u zelf weer naar huis.
• Op de dag van het onderzoek kunt u last hebben van een branderig gevoel tijdens het plassen. De plasbuis kan geïrriteerd zijn door de slangetjes. Daarom is het belangrijk dat u na het onderzoek extra drinkt: minimaal twee liter vocht.

Wanneer contact opnemen

Blijft u een branderig gevoel houden bij het plassen? Of worden de klachten na drie dagen erger? Neem dan contact op met uw huisarts of bel met de polikliniek Urologie. Misschien heeft u een urineweginfectie.

De uitslag

De uitslag van het onderzoek hoort u van uw uroloog als u weer een afspraak op de polikliniek heeft. Soms maken we dan een afspraak voor een extra onderzoek: een urethra drukprofiel. Met dat onderzoek kunnen we de lengte en druk van de plasbuis meten.