Oriënterend Fertiliteitsonderzoek (OFO)
Met de onderzoeken kijken we naar alle onderdelen waar het probleem kan zitten:
- of de vrouw een eisprong heeft
- of er bij de man zaadcellen in zijn sperma zitten
- of de baarmoederholte er goed uitziet
- of de eileiders open zijn, zodat het sperma bij de eicel kan komen
Onderzoek
De meeste onderzoeken en tests die we kunnen doen, staan hieronder uitgelegd. Niet altijd doen we alle onderzoeken. En ook niet altijd in deze volgorde. Dat ligt bijvoorbeeld aan wat we tijdens een onderzoek ontdekken. We kunnen vooraf ook niet zeggen hoe lang het traject voor u duurt.
Het intakegesprek
Voor het eerste contact met de gynaecoloog of fertiliteitsarts voeren we het intakegesprek via een videoconsult via de app BeterDichtbij. Het is belangrijk dat zowel u als uw partner vooraf de vragenlijst invult. Deze vragenlijst kunt u vinden op uw eigen patiëntenportaal in Mijn Tergooi. In de vragenlijst vragen we naar uw medische voorgeschiedenis, mogelijke vruchtbaarheidsproblemen en ziektes of aandoeningen die bij u, uw partner of in de familie voorkomen.
Onderzoeken bij de vrouw
Lichamelijk en gynaecologisch onderzoek
Algemeen bloedonderzoek
Bloedonderzoek hormonen
Basale Temperatuurcurve (BTC) bijhouden
- Meet de temperatuur ’s morgens direct als u wakker wordt. Doe dat voor u opstaat en het liefst elke dag op dezelfde tijd. Ga dus niet eerst naar de wc.
- Meet de temperatuur via uw anus. Gebruik bij voorkeur een digitale thermometer die een seintje geeft als de temperatuur juist is gemeten.
- Vaak geven we een BTC-formulier mee. Dit is een grafiek waarop u elke dag de temperatuur invult. Op elke eerste dag van de ongesteldheid, begint u met een nieuwe lijn (curve). Die dag noemen we cyclusdag 1. Bovenaan de grafiek vult u de cyclusdag, de maand en de datum in. U krijgt zo voor elke cyclus één curve in de grafiek.
- Vul ook in wanneer u medicijnen inneemt. Bijvoorbeeld medicijnen die helpen om een eisprong te krijgen.
Echo via de vagina
Samenlevingstest (Sims-Hühnertest of Post Coïtum Test)
- Voor dit onderzoek moet eerst het sperma van de man onderzocht zijn. Zo weten we zeker dat een slechte testuitslag niet door de kwaliteit van het sperma komt.
- U maakt op de eerste dag dat u ongesteld bent telefonisch een afspraak voor de test.
- Voor de test, vrijt u thuis met uw partner. Maximaal twaalf uur en minimaal twee uur voordat de test is.
- Op de polikliniek neemt de arts of verpleegkundige wat slijm weg van de baarmoederhals.
- Onder de microscoop kijken we of er zaadcellen in het slijm zitten en hoe die bewegen.
- Soms blijkt dat we de test te vroeg in de cyclus hebben gedaan. We plannen de test dan opnieuw voor een paar dagen later. Meestal kijken we daarvoor met een echo wanneer dat het beste kan.
Röntgenonderzoek baarmoeder en eileiders (HSG)
Soms besluiten we geen HSG te maken, maar een kijkoperatie te doen. Vaak doen we dat ook als we afwijkingen zien met dit röntgenonderzoek.
Kijkoperatie of diagnostische laparoscopie
Kijkoperatie in de baarmoeder (hysteroscopie)
Gel contrastecho (GIS)
Onderzoeken bij de man
Onderzoek sperma (semenanalyse)
Als de uitslag afwijkend is, doen we het onderzoek nog een keer. Tussen de onderzoeken moet minimaal twee weken tijd zitten. De kwaliteit van zaad kan namelijk wisselen. Verschillen de eerste twee semenanalyses veel van elkaar? Dan doen we nog een derde analyse.
Voor het inleveren van het sperma is het volgende belangrijk:
- U mag in de twee tot vijf dagen daarvoor geen seks hebben.
- U vangt het sperma na masturbatie thuis op in een potje. Dat heeft u van de polikliniekassistente meegekregen. Dit potje is schoon en mag u niet zelf verder schoonmaken. Laat het weten als niet al het sperma in het potje terecht is gekomen.
- Tussen het tijdstip van de zaadlozing en het afleveren op het laboratorium mag maximaal één uur tijd zitten. In dat uur moet het sperma op temperatuur blijven. Houd het potje tijdens het vervoer daarom tegen uw lichaam. Bijvoorbeeld in uw binnenzak.
Laat ons weten of u drie maanden voor het onderzoek:
- koorts heeft gehad
- een overgevoeligheidsreactie heeft gehad (hooikoorts, astma, netelroos, eczeem)
- medicijnen heeft gebruikt (hieronder vallen ook aspirines)
- een operatie heeft gehad
Als het sperma goed is, stopt hier het onderzoek voor de man. Als de kwaliteit van het sperma minder is, kunnen we de volgende tests doen.
Lichamelijk onderzoek
- hoe de zaadballen (testikels) eruitzien
- of u bijballen en zaadleiders heeft
- of er vocht of spataderen in de balzak zitten
- of u een liesbreuk heeft
Bloedonderzoek hormonen
- omdat de zaadbal geen of te weinig spermacellen maakt
- of er ergens iets in de weg zit waardoor de spermacellen het lichaam niet goed kunnen verlaten
Erfelijkheidsonderzoek
Echo-onderzoek balzak
Na het onderzoek
Mogelijk ontdekken we door de onderzoeken waarom u niet zwanger kunt worden. Met die informatie kunnen we kijken of een oplossing of behandeling mogelijk is.
Soms vinden we geen aanwijzingen waarom u of uw partner onvruchtbaar is. We spreken dan van een Onverklaarde Vruchtbaarheidsstoornis of Unexplained Infertility.