Pelviene

lymfeklierdissectie

Pelviene lymfeklierdissectie (PLKD)

Als bij u prostaatkanker is geconstateerd, is het belangrijk te weten of er uitzaaiingen zijn. Soms is nog niet helemaal duidelijk of zich in de lymfekliercellen in het bekken kankercellen bevinden. Dan kan worden besloten deze lymfeklieren operatief te verwijderen. Dit noemen we een pelviene lymfeklierdissectie (PLKD).

De lymfeklieren

Lymfeklieren zijn onderdeel van het lymfestelsel. Dit lymfestelsel bevindt zich door het hele lichaam. We onderscheiden oppervlakkige lymfeklieren die uitgaan van de huid en dieperliggende lymfeklieren die uitgaan van de organen.

Het lymfestelsel heeft twee functies. Het lymfestelsel verwijdert afvalstoffen uit ons lichaam en vernietigt bacteriën en virussen. Het lymfestelstel werkt als een filter en verwijdert infecties uit ons lichaam.

Waarom lymfeklieren verwijderen?

Om bij prostaatkanker een goede behandeling in te kunnen stellen, is het belangrijk te weten of er uitzaaiingen zijn. Hiervoor heeft u waarschijnlijk een CT-scan, MRI-scan of PSMA PET CT ondergaan. Het kan zijn dat nog niet duidelijk is of er lymfeklieren zijn met kankercellen.

Een kwaadaardige tumor zaait vaak als eerste uit naar de lymfeklieren die dichtbij liggen. Om te beoordelen of de tumorcellen alleen in de prostaat zitten, is het nodig de lymfeklieren in het kleine bekken te onderzoeken. Een patholoog onderzoekt de lymfeklieren die verwijderd zijn.

Voorbereiding op operatie

  • Om u voor te bereiden op de operatie krijgt u een afspraak op de pre-operatieve polikliniek. De anesthesist bespreekt hier met u uw algemene gezondheidstoestand en welke anesthesievorm voor u het beste is. Ook krijgt u informatie over het nuchter zijn voor uw operatie en de pijnbehandeling na de operatie. Als het nodig is, spreken we extra onderzoeken af.
  • De uroloog en de anesthesist bespreken met u welke medicijnen u voor de operatie wel en welke u niet mag gebruiken. Geef precies door welke medicijnen u gebruikt. Gebruikt u bloedverdunners? Dan legt de arts u uit op welk moment u deze moet stoppen. Dit is nodig om de kans op een nabloeding te verkleinen.
  • Om de kans op complicaties te verkleinen en ervoor te zorgen dat u na de operatie snel herstelt, is het belangrijk dat u tijdens uw operatie een zo goed mogelijke conditie heeft. Wij adviseren u daarom in de periode voor de operatie – voor zover uw gezondheid dit toelaat – gezond te eten en voldoende te bewegen.
  • Om de kans op een wondinfectie te verkleinen, moet u het operatiegebied vijf dagen van tevoren niet scheren met een scheermes. Als de uroloog scheren nodig vindt, gebeurt dit op de operatiekamer.

Behandeling

We kunnen de lymfeklieren op verschillende manieren operatief verwijderen. Uw uroloog vertelt welke techniek bij u wordt toegepast en waarom.

  • Via een kijkoperatie
    De uroloog maakt een enkele sneetjes (incisies) in uw buik. Uw buik wordt gevuld met een onschadelijk koolzuurgas (Co2). Zo ontstaat ruimte in de buik. Daarna brengt de uroloog enkele buisjes in de buik. Door deze buisjes worden de videocamera en instrumenten naar binnengebracht om de lymfeklieren mee te verwijderen. De uroloog verwijdert aan het einde van de operatie het koolzuurgas en sluit de wondjes. Tijdens de operatie wordt er een catheter in de blaas geplaatst, deze wordt voordat u wakker bent weer verwijderd.
  • Open operatie
    De uroloog maakt een snede onder uw navel tot bij het schaambeen. Deze is ongeveer 10 cm lang. Via deze snede verwijdert de uroloog de lymfeklieren. Tijdens de operatie wordt er een catheter in de blaas geplaatst, deze wordt voordat u wakker bent weer verwijderd.

Soms blijkt tijdens een laparoscopische operatie dat toch een open operatie nodig is. Bijvoorbeeld als de uroloog de lymfeklieren niet goed in beeld krijgt. Dit kan komen door verklevingen door eerdere operaties, overgewicht of afwijkingen in de buik. We opereren goed en veilig, met zo weinig mogelijk risico’s.

Na de behandeling

Na de operatie komt u eerst op de uitslaapkamer (verkoeverkamer). Als u stabiel bent, gaat u terug naar de verpleegafdeling.

Tijdens uw verblijf in het ziekenhuis meten wij regelmatig uw bloeddruk, hartslag, temperatuur en zuurstofgehalte. Daarnaast observeren we uw nierfunctie, urineproductie en volgen we de genezing van de wond(jes). Ook adviseren artsen en verpleegkundigen u over de balans tussen voldoende uit bed komen (mobiliseren) en voldoende rusten, ademhalingsoefeningen en voeding. De artsen en verpleegkundigen stemmen hun adviezen af op uw persoonlijke situatie. Dit alles om uw herstel zo voorspoedig mogelijk te laten verlopen.

Weefselonderzoek

De patholoog onderzoekt de lymfeklieren die tijdens de operatie zijn verwijderd. Het duurt 7 tot 10 werkdagen voordat de uitslag bekend is. Tijdens de eerste controle op de polikliniek bespreekt de dokter met u de uitslag en hoort u wat dit voor uw behandeling betekent.

Mogelijke risico’s en complicaties

Net als bij elke andere operatie brengt ook deze operatie risico’s met zich mee. De kans op complicaties is bij deze operatie over het algemeen erg klein. De uroloog bespreekt met u de kans op complicaties. Mogelijke complicaties zijn:

  • Wondinfectie
    De wond wordt rood, pijnlijk en wat dikker, er kan pus uit de wond komen.
  • Urineweginfectie
    Er bestaat een kleine kans dat u door de blaaskatheter een urineweginfectie krijgt. Daarom verwijderen we de blaaskatheter zo snel mogelijk. Als u onverhoopt toch een urineweginfectie krijgt, schrijven we een antibioticakuur voor. Goede hygiëne en goed drinken helpen bij het voorkomen van een urineweginfectie.
  • Lymfe-oedeem
    Na de operatie kunt u een aantal dagen tot weken een dik been of vochtophoping in buik of scrotum krijgen. Dit komt doordat het lymfevocht niet voldoende door het lichaam opgenomen wordt nu er lymfeklieren zijn verwijderd. Krijgt u last van lymfe-oedeem? Neem dan contact op met uw huisarts of uroloog.
  • Lymfocèle
    Dit is ophoping van lymfevocht in het bekken. Dit vocht kan soms geïnfecteerd raken. Het kan dan nodig zijn om een drain te plaatsen. Dit is een slangetje om het lymfevocht weg te laten lopen. Soms is een nieuwe operatie nodig.

Nazorg

Als duidelijk is wanneer u naar huis mag, bespreekt de verpleegkundige met u of u thuis zorg nodig heeft. Als u thuis professionele zorg nodig heeft of als u tijdelijk moet gaan revalideren, regelt de transferverpleegkundige dit. Verpleegkundige en arts bespreken met u ook de leefregels voor thuis.

Leefregels

  • In beweging blijven is goed voor uw herstel en zorgt ervoor dat u niet nog meer conditie verliest. Bouw het bewegen rustig op: luister naar uw lichaam.
  • De operatiewond heeft dagelijks zorg nodig tot deze is genezen. De verpleegkundige geeft hier uitleg over.
  • De wond veroorzaakt pijn. Hiervoor kunt u maximaal 4 keer per dag 1000 mg paracetamol nemen. Als dit niet voldoende helpt, kan uw arts andere pijnstillers voorschrijven.
  • Om de wond goed te laten genezen, mag u niet te zwaar tillen, niet sporten en geen zwaar huishoudelijk werk verrichtten. Na 2 tot 4 weken kunt u deze activiteiten weer langzaam opbouwen.
  • Als de wond droog is, mag u douchen en baden. Zwemmen raden we tot 2 weken na de operatie af.
  • U mag autorijden zodra u zichzelf daartoe in staat voelt. Wij raden u wel aan bij uw verzekering na te gaan hoe het zit met uw aansprakelijkheid.

Wanneer aan de bel trekken?

Maakt u zich zorgen? Heeft u vragen? Bel dan met de verpleegafdeling of polikliniek Urologie,T 088-753 1380.

U moet absoluut bellen als:

  • u aanhoudende koorts heeft boven de 38,5 graden Celsius;
  • er tekenen zijn van een wondinfectie (roodheid van de wond, pijn rond de wond, pus uit de wond);
  • u hevige pijn in de buik heeft.

Als de arts u wil zien, mag u:

  • de eerste 24 uur na ontslag naar de spoedeisende hulp komen;
  • na telefonisch overleg binnen kantoortijden naar de polikliniek komen;
  • buiten kantoortijden en na 24 uur na het ontslag contact opnemen met de huisartsenpost. Zo nodig verwijzen zij u door naar het ziekenhuis.

Contact