Prostaat

behandelingen

Prostaatbehandelingen

Als uw prostaat vergroot is, zijn er een aantal behandelingen mogelijk. De uroloog bespreekt dit met u. De keuze van de behandeling is afhankelijk van de ernst van uw plasklachten en de afwijkingen aan uw urinewegen. Bij milde klachten en geringe afwijkingen is behandeling niet nodig. Vaak verminderen de klachten spontaan. Als wel behandeling nodig is, kan de keuze vallen op medicijnen of een operatie.

Behandeling met medicijnen

  • Er zijn geneesmiddelen die de gladde spieren in de blaashals en de prostaat ontspannen. Dit noemen we selectieve alfa-1-blokkers. Door deze medicijnen vermindert de weerstand in de blaasuitgang en de plasbuis. De klachten verminderen meestal binnen enkele weken.
  • Er zijn medicijnen die de grootte van de prostaatklier verminderen. Dit noemen we 5-alfa-reductaseremmers. De prostaatklier die de plasbuis dichtdrukt, wordt dan maximaal 30 procent kleiner. Het uiteindelijke effect kunnen we pas na enkele maanden beoordelen. U moet dit geneesmiddel dus langere tijd innemen.
  • Er zijn geneesmiddelen die we geven als de plasklachten worden veroorzaakt door een overactieve blaas. Dit noemen we muscarine-receptorblokkers. Ze kunnen plasklachten verminderen, maar hebben geen invloed op de prostaat.

Als deze medicijnen niet voldoende werken of te veel bijwerkingen geven, kan de uroloog met u overleggen om de prostaat via een operatie te verkleinen.

Soorten operaties

TURP

TURP staat voor transurethrale resectie van de prostaat. Transurethraal betekent: door de plasbuis. Resectie betekent: weghalen. Bij deze operatie brengt de uroloog een instrument in uw plasbuis. Daarmee kan hij de prostaat bekijken en stukjes weefsel wegsnijden uit de prostaat. In Tergooi MC opereren we volgens de bipolaire TURP-methode. De uroloog gebruikt tijdens de operatie een metalen lisje dat wordt verhit door een elektrische stroom. Dit instrument heet een resectoscoop.

 

Resectoscoop prostaat

 

De uroloog snijdt het prostaatweefsel stukje voor stukje elektrisch weg. Hierdoor kan de urine weer goed door de plasbuis stromen. De arts haalt alleen dat deel van de prostaat weg dat de plasbuis dichtdrukt. De wand van de prostaat blijft aanwezig.

 

Prostaatbehandeling 2

 

De arts spoelt de weggesneden stukjes uit de blaas met een spoelvloeistof. Deze vloeistof loopt door de resectoscoop de blaas in. Met deze operatie ontstaat geen uitwendige operatiewond, wel een inwendige wond in de prostaat. Hierdoor kan het plassen na de operatie tijdelijk gevoelig zijn.

 

Prostaatbehandeling 3

Open prostatectomie

Bij deze operatie ‘pelt’ de uroloog de prostaatklier met de wijsvinger uit. Dit gebeurt via een snede onder in de buikwand. De arts verwijdert zo het klierweefsel dat de plasbuis dichtdrukt. De wand van de prostaat wordt niet verwijderd. De uroloog kiest meestal voor een open prostatectomie als de klier te groot is voor een TURP. Of als er andere redenen zijn om de blaas te openen, bijvoorbeeld bij blaasstenen. We  vervangen deze operatie steeds vaker door een ThuliumlaserTURP.

 

Prostaatbehandeling 4

Laserbehandeling (ThuliumlaserTURP)

In Tergooi MC gebruiken we de thuliumlaser. Met behulp van laserlicht kan de uroloog de prostaatklier rond de plasbuis beschijnen. Door de hoge temperaturen van het laserlicht verdampt een deel van het weefsel. Ook wordt een deel van het prostaatweefsel weggesneden.

 

Prostaatbehandeling 6

 

Via een blauwe glasvezeldraad schijnen we met het laserlicht op de prostaat. Met deze methode komt er aanzienlijk meer ruimte voor de urine om te passeren. Tegenwoordig zijn diverse soorten lasers beschikbaar. Zo wordt bijvoorbeeld de groenlichtlaser veel gebruikt. Nadeel van de groenlaser is dat we het verwijderde prostaatweefsel niet kunnen onderzoeken op kwaadaardige cellen. Met de thuliumlaser kunnen we dat wel.

 

Prostaatbehandeling 7

Prostaatbehandeling 8

 

Een tweede voordeel van de thuliumlaser is dat het laserlicht wordt geabsorbeerd door de spoelvloeistof waarmee we de operatie uitvoeren. Daardoor kunnen we heel nauwkeurig opereren. We kunnen ook een uitpuilende prostaatkwab in de blaas op een veilige manier verwijderen. Bij bijna alle laserbehandelingen treedt nauwelijks bloedverlies op. Bepaalde medicijnen, zoals sommige bloedverdunners, kunt u daarom tijdens deze ingreep gewoon blijven gebruiken. De uroloog vertelt u of u voor de operatie tijdelijk moet stoppen met het innemen van uw bloedverdunners.

  • Met de thuliumlaser kunnen we grote prostaten behandelen. Bij zeer grote prostaten kan een operatie soms wel twee uur duren, gemiddeld duurt de operatie één uur.
  • De thuliumlaser heeft in Tergooi MC de klassieke prostaatoperaties vervangen. Bij deze ‘open’ operatie moet u gemiddeld zeven tot elf dagen in het ziekhuis blijven.
  • De blaaskatheter is de slang die we via plasbuis inbrengen en die naar de blaas gaat. Deze katheter moet u bij een open prostaatoperatie tot tien dagen na de operatie blijven dragen. Bij de thuliumlaser kunnen we de blaaskatheter de dag na de operatie meestal verwijderen.
  • Als het plassen goed gaat, kunt u de volgende dag naar huis. Soms moet u langer blijven omdat de blaas nog erg onrustig is of omdat de blaas nog niet goed werkt.
  • De kans dat u langer op de verpleegafdeling moet blijven na de operatie, is groter als u in de weken vóór de operatie een blaaskatheter heeft gehad. De blaas en sluitspier moet dan wennen aan de nieuwe situatie. Meestal moet u dan één dag langer in het ziekenhuis blijven.

Algemene informatie

Wat moet de arts van u weten?

  • De uroloog wil van u weten welke geneesmiddelen u gebruikt. Belangrijk is vooral dat de uroloog weet welke bloedverdunnende medicijnen u gebruikt.
  • Bent u allergisch voor bepaalde antibiotica, jodium, latex of andere geneesmiddelen? Geeft dit door aan uw uroloog, anesthesist en verpleegkundige van de verpleegafdeling.

Vóór de operatie

  • Bij de bovengenoemde operaties nemen we u op de dag van de operatie op in het ziekenhuis.
  • De anesthesist bespreekt met u de manier waarop we u verdoven en beantwoordt uw vragen (preoperatieve screening).
  • Kort vóór de ingreep krijgt u een infuus in de arm. Dit infuus gebruiken we om u vocht toe te dienen en eventueel een antibioticum.

Na de operatie: TURP, laserTURP en open prostatectomie

  • Na de operatie gaat u voor korte tijd naar de uitslaapkamer (verkoeverkamer of recovery).
  • Als de controles zoals bloeddruk en ademhaling in orde zijn, gaat u naar uw eigen kamer.
  • Het infuus verwijderen we meestal de volgende dag.
  • Het kan zijn dat u wat pijn voelt. Hiervoor kunt u een pijnstiller krijgen.
  • We houden de blaas voortdurend leeg met een katheter. Dit is een plastic slangetje dat we via de plasbuis in de blaas brengen. De katheter is nodig om de operatiewond rust te geven en de bloedstolsels weg te spoelen. Een katheter kan blaaskrampen geven. Hier kunnen we u medicijnen voor geven.
  • Na een laserTURP-operatie blijft de katheter meestal maar één dag in zitten, bij een bipolaire TURP twee tot vijf dagen en bij een open prostatoperatie tien dagen.
  • Na het verwijderen van de katheter controleert de verpleegkundige met een bladderscan of u na het plassen niet teveel urine in de blaas achterhoudt. Een bladderscan is een echografie van de blaas. Als we dit enkele keren hebben gecontroleerd en de urine niet te roodgekleurd is, mag u naar huis.
  • Vaak krijgt u een recept voor antibiotica mee. Dit is niet altijd nodig en afhankelijk van een urineonderzoek.
  • Het is normaal dat u de eerste dagen na de operatie bloed en stolsels in uw urine ziet. Soms moet de katheter worden doorgespoeld. Dat kan een gevoel geven alsof u nodig moet plassen.
  • U bevordert de genezing door veel te drinken. We adviseren u ongeveer twee liter per dag te drinken, als het warm weer is nog wat meer.
  • De urineproductie moet minstens anderhalve liter per dag zijn.

De herstelperiode

  • Na zes tot tien weken is de wond in de plasbuis genezen. Blijf veel drinken om de blaas goed door te spoelen.
  • De eerste drie tot zes weken is het beter dat u:
    •   geen alcohol drinkt;
    •   geen zware lichamelijk arbeid verricht;
    •   niet fietst;
    •   niet perst bij ontlasting;
    •   geen seks heeft.
  • Als u voor controle terugkomt, kunt u met uw uroloog overleggen wanneer u deze activiteiten weer kunt hervatten.
  • Na de behandeling kunt u stukjes prostaatweefsel met de urinelozing zien meekomen. Dit kan nog enkele weken gebeuren. Ook kunt u af en toe nog wat bloed zien in de urine. Niet schrikken, dit kan geen kwaad. Neem rust en drink veel, dan is de urine snel weer helder.
  • Doordat er een wond in de plasbuis is ontstaan en soms ook in de blaas (bij een uitpuilende prostaatkwab) kunt u de eerste weken vaker aandrang hebben om te plassen. Ook kunt u een branderig gevoel hebben.
  • Het kan zijn dat u de plas soms moeilijk kunt ophouden. Misschien verliest u al urine voordat u bij het toilet bent. Dit is een tijdelijk probleem. Dit verdwijnt als de operatiewond in de plasbuis is genezen. Meestal zijn deze klachten na zes tot tien weken over.

Wanneer contact opnemen met de poli Urologie?

  • bij koorts (>38,5 °C);
  • als het plassen steeds pijnlijker wordt in plaats van steeds minder pijnlijk;
  • als het plassen steeds moeilijker gaat;
  • als het bloedverlies diverse dagen achtereen aanhoudt;
  • als uw urine donkerrood blijft of stolsels bevat.

Wat kunt u verder na de operatie verwachten?

  • Veel mannen zijn bang dat ze door de operatie minder goede erecties krijgen of zelfs helemaal geen erecties meer krijgen. Deze angst is onterecht. De angst hiervoor is vaak schadelijker voor het seksuele genot dan de prostaatoperatie zelf. De zin in vrijen (libido) en de erectie blijven onaangetast. Ook het gevoel van een orgasme blijft hetzelfde.
  • De operatie kan leiden tot een droge zaaduitstorting (ejaculatie). Door het verwijderen van prostaatweefsel ontstaat ruimte in de prostaat. Hierdoor verdwijnen de plasklachten. Het gevolg is wel dat de blaasuitgang bij een ejaculatie onvoldoende afsluit. Uw sperma komt dan niet naar buiten, maar stroomt de blaas in. Bij het plassen komt het sperma dan ongemerkt met de urine mee naar buiten. Dit kan absoluut geen kwaad. De kwaliteit van het orgasmegevoel blijft meestal hetzelfde. Toch kan een droge zaadlozing door sommige mannen als storend worden ervaren.
  • Houdt er rekening mee dat u na een prostaatoperatie niet definitief onvruchtbaar bent.

Plasproblemen zijn een paar maanden na de operatie meestal over. U kunt weer uw normale dagelijkse dingen doen zonder steeds het toilet te hoeven opzoeken. Ook kunt u ’s nachts weer rustig doorslapen. Na de prostaatoperatie is uw leven weer gemakkelijker en prettiger.

De eerste controle bij de uroloog, zes tot acht weken na de operatie

  • Kom op de polikliniek locatie Blaricum of Hilversum met een volle blaas.
  • Kijk goed op uw afsprakenkaart op welke locatie u moet zijn!
  • Op de polikliniek verricht u een plasstraaltest. Dit noemen we een flowmetrie. U meldt zich bij de balie en u vertelt de doktersassistente als u moet plassen. Na de plasstraaltest meten we via een echo of de blaas goed leeg is.
  • Neem uw ingevulde IPSS-vragenlijst mee. Deze vragenlijst hebben we u na de operatie op de verpleegafdeling meegegeven. Heeft u geen vragenlijst ontvangen? Vraag er dan een bij de balie.
  • De uroloog vraagt u hoe het nu met u gaat. Ook bespreekt de uroloog de plasstraaltest en de uitslag van het weefselonderzoek.
  • Daarna maakt u een afspraak voor een volgende controle.

Complicaties operatie prostaat

  • Nabloeding

    Heeft u een nabloeding? Mogelijk moeten we u dan een tweede keer opnemen en opereren.

  • Blaasinfectie

    Deze infectie kunnen we vaak thuis met tabletten behandelen. Soms is antibiotica via een bloedvat nodig, dan moeten we u wel opnemen.

  • Incontinentie

    Het is normaal dat u de eerste twee tot zes weken een verhoogde plasaandrang heeft en dat het uitstellen van de plas moeilijk is. Dit noemen we incontinentie. Blijvende incontinentie is zeer zeldzaam.

  • Littekenweefsel in plasbuis

    Soms kan littekenweefsel in de plasbuis of prostaat ontstaan. De plasstraal wordt dan steeds slapper. Dit probleem kan ook jaren na de operatie nog ontstaan. Vaak kan een kleine operatie dit verhelpen.

  • Gaatje in blaaswand

    Tijdens de operatie kan een gaatje in de blaaswand of kapsel van de prostaat ontstaan. Dit komt zelden voor. De uroloog zal dan afspreken dat de katheter minimaal vijf dagen wordt ingehouden. Het gaatje gaat dan vanzelf weer dicht.

Meer informatie

Meer informatie vindt u op de website van de Nederlandse Vereniging voor Urologie: www.allesoverurologie.nl

Vragen

Heeft u nog vragen? Bel dan de polikliniek Urologie.

Contact

Onze wachttijden

Behandelingen

Wachttijd in dagen

Urologie

Operatie vergrote prostaat (gewone OK)

22

Operatie vergrote prostaat (grote laser)

120

Operatie vergrote prostaat (kleine laser)

36

Afhankelijk van uw klachten of aandoening kan de wachttijd per patiënt verschillen. Meer over wachttijden.

Update: 02-05-2024