Stomaverzorging met ééndelig materiaal

Stomaverzorging met ééndelig materiaal

Met behulp van instructiefimpjes leggen we in 4 stappen uit hoe u een stoma met ééndelig materiaal kunt verzorgen.

Stap 1: voorbereiding

Leg het volgende materiaal klaar binnen handbereik:

  • stomazakje
  • afvalzakje
  • gaasjes
  • eventueel een schaar, de mal en een pen
  • twee knijpers of een brillenkoordje om de kleding omhoog te houden

Bekijk instructiefimpje klaarlegggen 1-delig stomamateriaal

 

Stap 2: Knippen van ééndelig stomamateriaal

Knip zo nodig met behulp van een mal eerst het zakje op de juiste maat.

Bekijk instructiefimpje knippen ééndelig stomamateriaal.

 

Stap 3: Verwijderen van ééndelig stomamateriaal

  • Maak de kleding vast met behulp van knijpers of een brillenkoordje.
  • Verwijder het opvangzakje, van boven naar beneden, steun daarbij de buikhuid. Doe het opvangzakje in het afvalzakje.
  • Veeg het achtergebleven slijm of de ontlasting voorzichtig van de stoma af met een nat gaasje.
  • Maak de huid rondom de stoma schoon met water.
  • Dep de huid daarna goed droog. Niet föhnen.
  • Controleer de huid en de stoma.
  • Als de huid er rood uitziet, kunt u barrièrecreme gebruiken. Neem een klein beetje crème en masseer dit in de huid totdat deze stroef aanvoelt.

Bekijk instructiefimpje verwijderen ééndelig stomamateriaal.

 

Stap 4: Aanbrengen van stomamateriaal

  • Verwarm de huidplaat van het zakje door er met uw handen over te wrijven.
  • Breng het zakje op de huid aan, van onder naar boven, terwijl u het vooral rondom de stoma goed aandrukt.
  • Doe de vuile gaasjes in het afvalzakje, knoop het zakje dicht en werp het in de vuilnisemmer.
  • Was uw handen.

Bekijk instructiefimpje aanbrengen ééndelig stomamateriaal.

 

Algemene adviezen

  1. U hoeft de stoma niet steriel te verzorgen. Verzorg de stoma en de omringende huid met water en droog de huid. Nooit droog föhnen, dan droogt de huid te veel uit. Ook kunt u dan onopgemerkt een verbranding oplopen omdat de stoma ongevoelig is voor pijn. Als u zeep gebruikt, neem dan babyzeep of pH-neutrale zeep.
  2. U kunt douchen met of zonder opvangzakje. Er is echter geen garantie dat de stoma niets produceert. Als u een koolstoffilter gebruikt, moet u deze tijdens het douchen met een sticker afplakken of na het douchen het zakje verwisselen. Bij baden moet u altijd het zakje dragen, omdat anders een verweking van de huid ontstaat en we niet willen dat het water druk uitoefent op de open stoma. Ook kan badzeep of olie een ongunstige invloed hebben op de plaklaag van het materiaal. De huid wordt te vet.
  3. Scheer de haren rondom de stoma regelmatig weg met een (wegwerp-)scheermesje. Houd dan een stukje toiletpapier of een gaasje op de stoma ter bescherming. Scheer de haren weg in de richting van de haargroei. Gebruik geen ontharingscrème of talkpoeder.
  4. Als u de stoma verzorgt, ziet u misschien wat bloed. Het slijmvlies van de stoma kan gemakkelijk bloeden, net als tandvlees, dit is niet erg.
  5. Als u plakresten verwijdert, maak dan hoogstens sporadisch gebruik van petroleumether of andere removers, omdat deze producten de huid sterk ontvetten. Heeft u deze middelen gebruikt? Spoel de huid dan goed af met water.
  6. De plaat of het stomazakje kan eerder loslaten als u veel transpireert (bijvoorbeeld bij warm weer), bij spanning of door medicijngebruik (bijvoorbeeld prednison). Verwissel het opvangmateriaal dan vaker. Een katoenen hoesje over het zakje voorkomt irritatie van de huid.
  7. Als u van huis gaat, zorg dan dat u altijd opvangmateriaal bij u heeft, ook als u ‘maar’ een uurtje weggaat. Bestel ook op tijd nieuw opvangmateriaal, doe dit minimaal twee weken van tevoren. Leer de merknaam uit uw hoofd en schrijf die op in de behandelwijzer.
  8. Regelmatig eten en drinken is belangrijk. Ga naar voedingsadviezen
  9. Gaat u op reis? We hebben een aantal praktische tips voor u. Ga naar stoma en op reis
  10. Zorg ervoor dat u niet te zwaar wordt. Dit kan problemen geven met de stoma en de verzorging ervan.
  11. Als de stoma sterk geurt, kunt u eventueel een lucifer afsteken ‘als goedkoop luchtverfrissingsmiddel’. Door de zwavel verdwijnt de geur.
  12. We raden u aan om eenmaal per jaar uw stoma te laten controleren door een stomaverpleegkundige. Deze verpleegkundige herkent de problemen die met een stoma te maken hebben. De stomaverpleegkundige bespreekt met u de problemen, geeft tips om ze te voorkomen en kan ze behandelen.
  13. Een stoma kan een relatie behoorlijk verstoren maar ook hechter maken. Meer informatie: www.kanker.nl en www.stomavereniging.nl.

Wat te doen bij

Wat doet u bij te harde ontlasting, diarree, verstopping, gasvorming, geur en kleurverandering? We leggen hier hieronder uit.

Te harde ontlasting

  • Meer drinken: twee tot drie liter.
  • Vezelrijke voeding.

Diarree door verkeerd eten of voedingsstoornissen

U heeft evenveel kans op diarree als een iemand die geen stoma draagt. Een stoma vergroot de kans op diarree dus niet. Wel diarree?

  • Drink minimaal tweeënhalve liter vocht in de vorm van bouillon, thee of tomatensap. Eet daarbij bijvoorbeeld een cracker of biscuitje. Dit om de ontlasting te binden.
  • Controleer uw urineproductie. De urine moet helder van kleur zijn. Vermoedt u dat u veel minder urine produceert dan normaal? Waarschuw dan uw huisarts.

Verstopping

  • Heeft u twee dagen geen ontlasting meer gehad? Neem dan extra vocht om te kijken of het op gang komt. Voelt u zich ook opgeblazen en wat misselijk? Neem dan contact op met uw huisarts. Dit hangt ook af van uw ontlastingpatroon.

Gasvorming

  • Doordat de stoma geen kringspier heeft, heeft u geen controle op het laten van windjes. Gasvorming kan bijvoorbeeld ontstaan door het inslikken van lucht. Dit kan optreden bij: nervositeit, gebruik van kauwgum, koolzuurhoudende dranken, roken.
  • Gasvorming kan ook ontstaan bij het eten van: uien, prei, kauwgum, peulvruchten, koolsoorten (lang gekookt), knoflook, scherpe kruiden, meloen, nieuwe aardappelen, champignons, sojaproducten.

Adviezen bij gasvorming

  • Eet en drink langzaam.
  • Bedenkt: praten tijdens het eten kan gasvorming bevorderen.
  • Dille, koriander, kummel, mierikswortel of salie toevoegen vermindert de gasvormende werking van sommige producten.
  • Leg uw hand op uw stoma als geluidsdemper.
  • Als het filter verzadigd is, kunnen geuren vrijkomen. We raden u aan dan een ander zakje op te doen. De werking van het filter is per zakje afhankelijk. Een filter dat nat is geworden, werkt niet meer.

Geur

Als u zichzelf ruikt, betekent dit vaak dat er iets niet goed zit. Controleer dan een aantal dingen.

  • Zit alles goed vast? Laat de plak of het zakje los?
  • Is er lekkage?
  • Zit er ontlasting onder de plak? Dit kan soms gebeuren als het zakje vacuüm trekt (advies: plak het filter geheel of gedeeltelijk af).
  • Is het filter uitgewerkt?
  • Voedingsmiddelen die sterk kunnen geuren zijn: koolsoorten, prei, ui, spruiten, asperges, champignons, vis, ei, oude kaas, sterk gekruid voedsel, chocolade en vitamine B-tabletten.
  • Het drinken van yoghurt of karnemelk neutraliseert de geur.

Kleurverandering

De kleur van de ontlasting kan veranderen door het eten van:

  • rode bietjes (ontlasting wordt rood);
  • spinazie;
  • bosbessensap;
  • ijzerpreparaten (ontlasting wordt zwart).

Wanneer contact opnemen?

  • Als de stoma plotseling verandert van grootte, lengte of kleur.
  • Stomaproblemen: vernauwing, breuk, uitstulping en dergelijke.
  • Huidproblemen (trek tijdig aan de bel).
  • Als uw ontlastingpatroon verandert.
  • Pijn of krampen voordat de ontlasting uit de stoma komt.
  • Veelvuldige lekkages. Kijk waar de lekkage optreedt.
  • Bloed bij de ontlasting of een andere kleur.
  • U hoeft geen contact op te nemen als de kleur veranderd is nadat u rode bietjes en spinazie hebt gegeten, bosbessensap hebt gedronken of ijzerpreparaten hebt ingenomen (zie hierboven: kleurverandering).
  • Als de buik dikker wordt, de buikomvang toeneemt.
  • Als u psychische problemen heeft.
  • Als u problemen ervaart met de seksualiteit.

Vragen

Neem dan contact op met de stomaverpleegkundige,  of  088 753 32 23. Alle werkdagen bereikbaar van 08:00 tot 12:00 en van 13:00 tot 16:00 uur. Neem buiten deze tijden contact op via de afdeling Spoedeisende Hulp, T 088 753 16 60.

Contact