Adviezen na een nieuwe aortaklep

Na een TAVI

Adviezen na een nieuwe aortaklep (TAVI)

Uw aortaklep is via de liesslagader vervangen voor een aortakunstklep. Een TAVI, noemen we die ingreep ook wel. Deze adviezen en informatie zijn belangrijk voor een goed herstel na uw operatie als u weer thuis bent.

 

De eerste dagen thuis kunnen tegenvallen. U kunt bijvoorbeeld vermoeid of onzeker zijn. Of emotioneler dan u gewend was. Het is belangrijk dat u regelmatig leeft. Zorg bijvoorbeeld dat u genoeg beweegt. Houd daarbij wel uw eigen grenzen in de gaten.

Wond en pijn

  • De plek waar we de liesslagader ingegaan zijn, kan nog een paar dagen gevoelig blijven. U mag hiervoor paracetamol nemen.
  • De plek in de lies kan ook wat blauw of dik zijn. Dit is niet erg. Het kan een paar weken duren voordat de blauwe plek weg is. Dat komt omdat u bloedverdunners gebruikt.
  • Wordt de plek bij uw lies opeens dikker? Of gaat de wond erg bloeden? Bel 112. Druk in uw vuist op de bobbel of bloeding tot er hulp is.
  • Voelt u pijn op de borst? Neem direct contact op met uw huisarts.
  • Probeer de eerste week na uw operatie niet te hard te persen op de wc.

Wanneer contact opnemen

Neem contact op met uw huisarts of de polikliniek Cardiologie als u een of meer van de volgende klachten krijgt:

  • pijn op de borst
  • duizelig
  • steeds kortademiger

Herkent u de pijn van de vorige keer dat u hartklachten had? Bespreek dit met uw arts.

Vermoeidheid

Veel patiënten zijn als ze weer thuis zijn uit het ziekenhuis nog lang vermoeid. Ze kunnen geestelijk en lichamelijk moe zijn. Deze vermoeidheid komt opeens op, vaak gewoon in rust. De vermoeidheid is soms zo erg dat het voelt alsof u uitgeput bent.

Het duurt ook langer voordat u hersteld bent van deze vermoeidheid. Bent u moe? Houd hier rekening mee als u uw dag indeelt. Luister naar uw lichaam. Plan bijvoorbeeld rustmomenten in op de dag. Bijvoorbeeld na de lunch.

Medicijnen

  • Neem de medicijnen die u heeft gekregen op de tijd in die is voorgeschreven. Als u weer naar huis gaat, krijgt u een medicijnkaart mee.
  • Verander zelf nooit iets aan de hoeveelheid en stop nooit zelf met medicijnen. Overleg dit altijd met uw arts.
  • Heeft u last van bijwerkingen? Neem dan contact op met uw cardioloog of verpleegkundig specialist.
  • Zijn uw medicijnen op? Neem dan contact op met uw huisarts voor een herhaalrecept.

Beweging en inspanning

Eerste week

  • Als u weer thuis bent, mag u langzaam uw dagelijkse dingen weer gaan doen. Doe de eerste week wel rustig aan. U kunt nog vermoeid en kortademig zijn. Bouw uw activiteiten rustig op. Doe geen dingen die veel van uw lichaam vragen.
  • U mag niet zwaar tillen: niet meer dan 5 kilo. We raden u aan de eerste week na uw operatie niet te tillen en te bukken.
  • Het is beter dat u de eerste dagen na uw behandeling niet te veel traploopt. Probeer de liezen te ontzien. Blijf wel bewegen.

Na de eerste week

  • Na de eerste week is het goed zo actief mogelijk te zijn. Gun uw lichaam wel op tijd rust.
  • Luister goed naar uw lichaam. Bent u bijvoorbeeld vermoeid of kortademig? Pas uw tempo en uw activiteiten hierop aan.
  • Als u zich inspant, gaat u dieper ademen. Dat is normaal en dat mag. Voorkom wel dat u buiten adem raakt of gaat hijgen.
  • Zorg dat u tijdens een inspanning een gesprek kunt blijven voeren. Zo weet u dat u zich niet te veel inspant.
  • Wandelen: loop eerst korte afstanden. Ga bijvoorbeeld een blokje om. U kunt steeds iets meer gaan wandelen.
  • Traplopen: begin eerst met de trap een keer per dag omhoog en een keer per dag omlaag te lopen.
  • Huishoudelijke taken kunt u langzaam steeds meer gaan doen. Begin met lichte taken in huis. Kijk of u de keer daarna iets meer kunt doen.

Werken

  • We adviseren meestal om eerst te gaan revalideren als u weer thuis bent.
  • Tijdens de revalidatie kunt u uw werk langzaam opbouwen. Doe dit in overleg met uw cardioloog of verpleegkundig specialist en de bedrijfsarts.
  • Na een paar weken of maanden kunt uw werk uitbreiden, totdat u weer helemaal werkt.
  • Heeft u een baan die zorgt voor veel stress? Neem dan rustig uw tijd en ga niet te snel weer aan de slag.

Autorijden en fietsen

  • Het CBR (Centraal Bureau Rijvaardigheid) geeft aan dat u tot vier weken na de behandeling niet mag autorijden. Of dat daarna wel weer mag, ligt aan uw klachten en de vooruitzichten.
  • U mag in de vier weken na de behandeling ook niet fietsen.
  • Ga als u weer mag rijden niet meteen in de spits rijden en maak geen lange autoritten. Neem genoeg rustpauzes. Autorijden kost u meer energie dan u denkt.

Douchen en zwemmen

De eerste week nadat u weer thuis bent uit het ziekenhuis, mag u niet in bad en niet zwemmen. Het wondje in uw lies kan daardoor week worden. U heeft dan een grotere kans op een nabloeding. U mag wel kort douchen (5 minuten).

Sauna

U kunt net na de operatie beter niet naar de sauna gaan. Na zes weken is de situatie stabiel. Dan hoeft een saunabezoek geen probleem meer te zijn. Overleg vooraf wel even met uw arts of verpleegkundig specialist.

Eten en drinken

  • Eet gezond en gevarieerd. Kijk voor tips op de website van het Voedingscentrum.
  • Eet minder vet en gebruik minder zout en suiker.
  • Heeft u overgewicht? Dan is het verstandig af te vallen.

Alcohol

Drink geen of maximaal één glas alcohol. Wees voorzichtig met alcohol bij diabetes, bloedverdunning, bloeddrukverlagende medicijnen, cholesterolverlagers, slaapmedicijnen, kalmeringsmiddelen en pijnstillers. Twijfelt u? Vraag uw arts of verpleegkundig specialist om advies.

Roken

Roken is slecht voor uw hart- en bloedvaten. Wij adviseren u te stoppen. Met hulp lukt stoppen beter. Heeft u hulp nodig? Dan kunt u terecht bij de hartrevalidatie. Of vraag uw arts of huisarts naar andere manieren om te stoppen.

Vrijen

Als u in het ziekenhuis zonder problemen kon traplopen, kunt u ook weer vrijen. Traplopen zorgt voor uw hart voor ongeveer dezelfde inspanning als seks. Vindt u het moeilijk om uw normale seksuele leven weer op te pakken? Praat er gerust over met uw huisarts, cardioloog of verpleegkundig specialist.

Hartrevalidatie

Meestal komt u na uw operatie in aanmerking voor hartrevalidatie. Hartrevalidatie helpt u om te herstellen als u bent behandeld aan uw hart.

U heeft veel informatie gekregen over uw lichamelijk herstel. We snappen dat u ook vragen heeft en adviezen wilt over andere zaken. Tijdens de revalidatie kunt u met deze vragen altijd terecht bij de verpleegkundig specialist of de fysiotherapeuten van de hartrevalidatie.

Mijn Tergooi en controle

  • We maken een afspraak voor controle. U krijgt deze afspraak via de mail of via de afsprakenkaart.
  • Via Mijn Tergooi kunt u uw afspraken bekijken, uitslagen inzien en vragenlijsten invullen om u voor te bereiden op uw afspraak.
  • We laten uw huisarts weten dat u bent opgenomen en hoe u behandeld bent.

Contact