Tranende ogen
Tranen (ook wel traanvocht genoemd) helpt om de buitenkant van ons oog te beschermen tegen uitdroging. Ook tranen we bij emotie of oogirritatie. Traant uw oog teveel? Dan kunt u daar last van hebben.
Tranen worden gemaakt door de kleine klieren van het slijmvlies. Deze zorgen er dus voor dat uw ogen niet uitdrogen. De traanklier (gelegen onder het bovenooglid) maakt tranen bij emotie of oogirritatie. De geproduceerde tranen worden afgevoerd via twee traanpuntjes naar de traankanaaltjes. Bij het knipperen van de oogleden wordt het traanvocht samen met afvalstoffen en het stof uit de buitenlucht langs deze weg afgevoerd naar de neusholte.
Belangrijke functies van traanvocht:
- Beschermen tegen uitdroging
- Een belangrijke functie van het traanvocht is de afweer tegen bacteriën en virussen
- Stressvermindering en emotionele ontlading (bij tranen door emotie)
Verstopt traankanaal
Wanneer een traankanaal verstopt raakt, kan dit leiden tot problemen. Vanaf de traanpuntjes via de traankanaaltjes, traanzak en neustraankanaal komt het traanvocht in de neusholten (links en rechts) terecht. Bij een verstopt traankanaal afvoersysteem gaat dit niet en kunnen ziektekiemen een ontsteking veroorzaken. Dit veroorzaakt dan een pijnlijke verdikking van de traanzak.
Oorzaak
Oorzaken van tranende ogen:
- Irritatie door bijvoorbeeld een vuiltje in het oog of een haartje dat tegen het oog schuurt.
- De traanpunten zitten niet op de juiste plaats of zijn verstopt.
- Slappere oogleden en zwakkere sluitspiertjes van de oogleden. Hierdoor gaat het ooglid afstaan. Dit komt meer bij oudere mensen voor. Ook een aangezichtsverlamming kan een afstaand ooglid veroorzaken. De traanpunt en de ooglidrand liggen dan niet goed tegen het oog, waardoor het traanvocht niet goed in de traanpuntjes kan komen.
- Verstopping van het traankanaaltje, de traanzak en/of traan-neuskanaal. Dit kan komen door een ontsteking, een ongeval of een aangeboren afwijking.
- Verstopping op de plaats waar het traanneuskanaal in de neusholte uitkomt.
- Droge ogen. Het slijm- en hoornvlies raakt geïrriteerd waardoor de ogen gaan tranen. De samenstelling van deze tranen verschilt van normaal traanvocht en heeft daardoor niet dezelfde verzorgende eigenschappen voor de ogen.
- Aangeboren afwijking. Bij het eerste levensjaar herstelt het weer in 99 procent van de gevallen.
Onderzoek
- Bij irritatie halen we een kleurstrookje langs het oog. Zo kunnen we zien waar de irritatie zit en of de traanfilm (dunne laagje met traanvocht op het oog) stabiel is.
- Bij onderzoek naar de traanpuntjes kijken we of ze open en of ze op de goede plaats liggen. Vervolgens wordt er met een stompe canule water in de traanpuntjes gespoten. Het slijmvlies is al eerder verdoofd door druppels.
- Als niet duidelijk is waar de verstopping zich bevindt, kan er met behulp van contrastvloeistof een röntgenfoto worden gemaakt van de traanweg. Hiervoor verwijzen wij u door.